Voor- en nadelen
Het werken met portfolio’s kan dus op papier of digitaal, het is belangrijk om hier een goede keuze in te maken. In deze paragraaf worden de voor en nadelen beschreven van het werken met digitale portfolio’s.
Er zijn verschillende voordelen te noemen over het werken met een digitaal portfolio. Een van de grootste voordelen, volgens Mooij (2004) is dat een digitaal portfolio compacter is dan een papieren portfolio. Een digitaal portfolio is overal via internet bereikbaar. Mooij (2004) geeft ook aan dat de vormgeving van een digitaal portfolio het aantrekkelijker maakt voor leerlingen om er iets moois van te maken. Dit is natuurlijk per systeem verschillend. Door het werken met een digitaal portfolio worden de ICT-vaardigheden van de leerlingen verbeterd. Een digitaal portfolio is meer gestructureerd dan een papieren portfolio. Kinderen zijn dan vaker geneigd om compacter te schrijven, dit is prettiger werken voor de leerling en leerkracht. Doornbos (2011) noemt nog een aantal andere voordelen voor het werken met een digitaal portfolio. Zo is het bij een digitaal portfolio mogelijk om ook video- en geluidsfragmenten toe te voegen. Ook kan er bijvoorbeeld een PowerPoint presentatie in geplaatst worden. Het is makkelijker om een doorgaande lijn zichtbaar te maken en deze later te analyseren. Het digitaal portfolio geeft inzicht in de kwaliteiten en competenties van de leerlingen.
Er zijn natuurlijk niet alleen maar voordelen aan het werken met een digitaal portfolio. Zo werd net als voordeel genoemd dat het makkelijk is om foto’s, video’s en presentaties toe te voegen. Maar er kunnen geen voorwerpen worden toegevoegd aan een digitaal portfolio. Wanneer kinderen bijvoorbeeld iets hebben gemaakt bij handvaardigheid, kan hier alleen een foto van worden toegevoegd in het digitaal portfolio. Een ander nadeel is dat het vanaf een computerscherm voor veel mensen minder prettig is om te lezen (Mooij, 2004). Leerlingen en leerkrachten die minder ICT-vaardig zijn, ondervinden een nadeel ten opzichte van leerlingen en leerkrachten die deze vaardigheden wel bezitten. Een digitaal portfolio kan alleen worden geïmplementeerd wanneer er een ICT-infrastructuur aanwezig is die voldoende bereikbaar en gebruiksvriendelijk is (Mooij, 2004). Een ander nadeel is privacy, er moeten goede afspraken gemaakt worden over wie er toegang heeft tot een portfolio (Doornbos, 2011). Voor sommige kinderen kan er gevoelige informatie in het digitaal portfolio zitten, die zij niet met iedereen willen delen. Kinderen moeten dus weten wat de consequenties kunnen zijn als iedereen in elkaars portfolio kan kijken en ook wat als onbekende mensen er bij kunnen komen. Naast afspraken over privacy is het belangrijk om afspraken te maken over de inhoud. Kinderen kunnen hun portfolio zelfstandig bewerken, maar in hoeverre mag een leerling zelf bepalen wat hij in zijn portfolio zet? Hier moeten dus binnen de school heldere afspraken over worden gemaakt. Als laatste nadeel noemt Doornbos (2011) dat een computer of een computersysteem kan crashen en alles weg kan zijn. Ook kunnen kinderen per ongelijk iets verwijderen. Het is dus belangrijk om regelmatig een back-up te maken van het systeem.
Om een digitaal portfolio te implementeren is het belangrijk om als school deze voor- en nadelen goed tegen elkaar af te wegen. Past het digitaal portfolio bij de visie van de school? Wat is de beginsituatie? En wat is de gewenste situatie van onze school? Deze vragen moet een school vooraf stellen voor de implementatie van het digitale portfolio.
Er zijn verschillende voordelen te noemen over het werken met een digitaal portfolio. Een van de grootste voordelen, volgens Mooij (2004) is dat een digitaal portfolio compacter is dan een papieren portfolio. Een digitaal portfolio is overal via internet bereikbaar. Mooij (2004) geeft ook aan dat de vormgeving van een digitaal portfolio het aantrekkelijker maakt voor leerlingen om er iets moois van te maken. Dit is natuurlijk per systeem verschillend. Door het werken met een digitaal portfolio worden de ICT-vaardigheden van de leerlingen verbeterd. Een digitaal portfolio is meer gestructureerd dan een papieren portfolio. Kinderen zijn dan vaker geneigd om compacter te schrijven, dit is prettiger werken voor de leerling en leerkracht. Doornbos (2011) noemt nog een aantal andere voordelen voor het werken met een digitaal portfolio. Zo is het bij een digitaal portfolio mogelijk om ook video- en geluidsfragmenten toe te voegen. Ook kan er bijvoorbeeld een PowerPoint presentatie in geplaatst worden. Het is makkelijker om een doorgaande lijn zichtbaar te maken en deze later te analyseren. Het digitaal portfolio geeft inzicht in de kwaliteiten en competenties van de leerlingen.
Er zijn natuurlijk niet alleen maar voordelen aan het werken met een digitaal portfolio. Zo werd net als voordeel genoemd dat het makkelijk is om foto’s, video’s en presentaties toe te voegen. Maar er kunnen geen voorwerpen worden toegevoegd aan een digitaal portfolio. Wanneer kinderen bijvoorbeeld iets hebben gemaakt bij handvaardigheid, kan hier alleen een foto van worden toegevoegd in het digitaal portfolio. Een ander nadeel is dat het vanaf een computerscherm voor veel mensen minder prettig is om te lezen (Mooij, 2004). Leerlingen en leerkrachten die minder ICT-vaardig zijn, ondervinden een nadeel ten opzichte van leerlingen en leerkrachten die deze vaardigheden wel bezitten. Een digitaal portfolio kan alleen worden geïmplementeerd wanneer er een ICT-infrastructuur aanwezig is die voldoende bereikbaar en gebruiksvriendelijk is (Mooij, 2004). Een ander nadeel is privacy, er moeten goede afspraken gemaakt worden over wie er toegang heeft tot een portfolio (Doornbos, 2011). Voor sommige kinderen kan er gevoelige informatie in het digitaal portfolio zitten, die zij niet met iedereen willen delen. Kinderen moeten dus weten wat de consequenties kunnen zijn als iedereen in elkaars portfolio kan kijken en ook wat als onbekende mensen er bij kunnen komen. Naast afspraken over privacy is het belangrijk om afspraken te maken over de inhoud. Kinderen kunnen hun portfolio zelfstandig bewerken, maar in hoeverre mag een leerling zelf bepalen wat hij in zijn portfolio zet? Hier moeten dus binnen de school heldere afspraken over worden gemaakt. Als laatste nadeel noemt Doornbos (2011) dat een computer of een computersysteem kan crashen en alles weg kan zijn. Ook kunnen kinderen per ongelijk iets verwijderen. Het is dus belangrijk om regelmatig een back-up te maken van het systeem.
Om een digitaal portfolio te implementeren is het belangrijk om als school deze voor- en nadelen goed tegen elkaar af te wegen. Past het digitaal portfolio bij de visie van de school? Wat is de beginsituatie? En wat is de gewenste situatie van onze school? Deze vragen moet een school vooraf stellen voor de implementatie van het digitale portfolio.